Projectontwikkeling & sloop, archeologie en erfgoed

In dit artikel uit onze reeks belangrijke aandachtspunten voor projectontwikkelaars staan we even stil bij het sloopopvolgingsplan, de archeologienota en de erfgoednota. 

Sloopopvolgingsplan: verantwoord slopen

Ga je bestaande gebouwen of verhardingen slopen? Dan is het goed mogelijk dat een sloopopvolgingsplan verplicht is. Dit plan brengt in kaart welke materialen vrijkomen bij de sloop en hoe deze selectief en milieuvriendelijk kunnen worden afgevoerd.

Wanneer is een sloopopvolgingsplan verplicht?

Een goedgekeurd sloopopvolgingsplan maakt het mogelijk om via Tracimat een verwerkingstoelating te krijgen voor gerecycleerde materialen. Dit kan financieel voordelig zijn en zorgt voor een correctere en vlottere verwerking van het sloopafval.

Onze tip:
Plan de opmaak van dit sloopopvolgingsplan tijdig in. Een erkende deskundige  moet dit namelijk opmaken en laten goedkeuren bij Tracimat.

Archeologienota: respect voor het verleden

Wanneer je met je project de bodem verstoort (bijvoorbeeld bij funderingen, kelders of nutsleidingen), kan een archeologienota verplicht zijn. Deze nota onderzoekt of er op de projectlocatie archeologische resten aanwezig zijn of verwacht worden.

De verplichting hangt af van:

• Totale oppervlakte van de percelen
• Oppervlakte van de bodemingreep
• Bestemming volgens het gewestplan
• Ligging binnen of buiten een vastgestelde archeologische zone
• Ligging binnen of buiten een beschermde archeologische site

Omdat dit afhankelijk is van verschillende factoren, raden wij altijd aan om vroeg in het traject af te toetsen met een erkend archeoloog of deze nota nodig is. Indien nodig wordt eerst een archeologisch vooronderzoek (landschappelijke boringen en/of een proefsleuven of -putten onderzoek) uitgevoerd, op voorwaarde dat het terrein vrij is. Enkel een opgraving kan pas na het verkrijgen van de vergunning.

In woon- of recreatiegebied is een archeologienota nodig vanaf een bodemingreep van 1.000 m² en een gecombineerde kadastrale perceelsoppervlakte van ca. 3.000 m², bij agrarisch gebied of industriegebied is dat vanaf een bodemingreep van 5.000 m². In een vastgestelde archeologische zone is het archeologisch potentieel hoger en is er reeds een archeologienota nodig vanaf een bodemingreep van 100 m² en een gecombineerde kadastrale perceelsoppervlakte van ca. 300 m². 

Onze tip:
Een tijdige archeologienota is niet enkel nodig voor het verkrijgen van de omgevingsvergunning, maar voorkomt ook verrassingen en vertragingen tijdens de werken.

Erfgoednota: slim omgaan met historisch waardevol patrimonium

Staan er op je projectsite gebouwen met erfgoedwaarde? Dan is het cruciaal om deze waarde te beschrijven en documenteren in een erfgoednota.

Wat onderzoekt een erfgoednota?

• Bouwgeschiedenis van het gebouw
• Architecturale en erfgoedwaarden
• Impact van verbouwingsplannen op het erfgoed

Met deze nota kun je je ontwerp en verbouwingsplannen beter afstemmen op het behoud van waardevolle elementen — en voorkom je discussies of weigeringen bij de vergunningsaanvraag.

Onze tip:
Laat de erfgoednota in een vroeg stadium opmaken. Zo hou je nog voldoende ontwerpvrijheid en vermijd je hertekeningen op het einde van het traject.

Lees ook:

• Project-MER-screening: wanneer is het nodig en wat houdt het in?
• Mobiliteitsstudie of mobiliteitstoets: wanneer is het verplicht?
• Natuurtoetsen bij vergunningsaanvraag: welke heb je nodig?
• Milieuwetgeving, bemaling, grondwater en hemelwater: welke studies heb je nodig?
• Duurzaam ondernemen onder de loep
• Wat na de vergunning? Tips voor projectontwikkelaars.